Hoe belast je multinationals zonder landen tekort te doen?

23 oktober 2019
Global Enterprise Taxation

Winstbelastingstelsels zoals we ze kennen zijn ‘overleden’. In Nederland en in de meeste andere landen is het huidige belastingstelsel niet meer van deze tijd, waarin multinationals het speelveld domineren. De Nederlandse vennootschapsbelasting is gebaseerd op achterhaalde uitgangspunten (bijvoorbeeld heffing door fysieke aanwezigheid). En binnen de EU hanteert elke lidstaat haar eigen belastingstelsel. Het gevolg is een complex woud aan verschillende belastingstelsels, inefficiëntie en dubbele belastingen. Het kan evenwichtiger en efficiënter via de Global Enterprise Taxation, een voorstel van Jaap Bellingwout, hoogleraar Belastingrecht aan de Vrije Universiteit Amsterdam en partner bij KPMG Meijburg & Co.

De knelpunten van het huidige belastingstelsel zijn duidelijk. De begrippen waarop het belastingstelsel is gebaseerd, zijn veranderd en hun definities voldoen niet meer aan de hedendaagse realiteit. Door digitalisering verandert de aard van de economie, op zo’n manier dat veel landen nauwelijks winstbelasting op bepaalde multinationals kunnen heffen. En door die veranderingen wordt het moeilijk om doelmatige inkomenspolitiek te bedrijven. Tenzij het lukt om de totale ‘belastingtaart’ te vergroten.

Niet alle winst belast

Daar komt bij dat het huidige stelsel niet alle winst meteen belast. Multinationals betalen keurig winstbelasting over hun zogenaamde ‘routinewinst’ in de landen waar ze werkmaatschappijen, fabrieken en distributiecentra hebben. De overwinst (totale ondernemingswinst minus kosten en rente) blijft echter deels buiten het bereik van landen en belastingstelsels. Hierdoor komt het niet ten goede aan de landen waar de economische activiteiten van deze multinationals plaatsvinden. Vandaar de termen ‘stateless income’ of ‘spaarpot op zee’.
Het voorstel voor een Global Enterprise Taxation (GET) brengt daar verandering in. Deze benadering kijkt naar de totale winst van ondernemingen als geheel en verdeelt die op basis van een objectieve maatstaf over alle betrokken landen. De prijs: iets minder nationale soevereiniteit. Hoe werkt dat?

Stap 1: Haal multinationals uit de nationale belastingstelsels

Global Enterprise Taxation kiest ervoor om multinationals niet meer per land te belasten, maar als één geheel. Er wordt niet gekeken naar de winsten van de bedrijfsonderdelen c.q. vennootschappen in de verschillende landen, maar naar de winsten, verliezen, omzetten en kosten van de multinational als concern. Die totaalwinst wordt belast en dát bedrag wordt toegewezen aan de verschillende landen waar de multinational actief is. De Global Enterprise Tax voorkomt dus dat een multinational die in Frankrijk bijvoorbeeld € 100 miljoen winst maakt, maar in Duitsland € 300 miljoen verliest, niet in Frankrijk wordt aangeslagen voor € 100 miljoen winst, terwijl het concern in totaal € 200 miljoen verlies lijdt.

In Nederland is de vennootschapsbelasting een manier om de effectieve belastingdruk van zelfstandige ondernemers (box 1) ongeveer gelijk te houden aan de belastingdruk van directeuren/grootaandeelhouders met een BV (box 2), ook wel het ‘globaal evenwicht’ genoemd. Hier heeft een multinational geen boodschap aan. Een multinational met 10.000 medewerkers kun je niet hetzelfde behandelen als een MKB-bedrijf met 50 werknemers. Door multinationals apart te behandelen haal je deze groep uit het keurslijf van het ‘globaal evenwicht’. In dit kader wordt een multinational als concern belast, waar op basis van een verdeelsleutel de totale winst van het concern over de verschillende landen, waarin het concern actief is, wordt verdeeld. Hierdoor kunnen de betrokken landen evenredig belasting heffen op de winst van een multinational.

Stap 2: Bepaal de wereldwijde winst van een multinational

Om de winst van multinationals als geheel te bekijken en daarover winstbelasting te heffen, moet eerst die winst worden bepaald. Het vaststellen van de winst is een meerstappenplan. Eerst moet de routinewinst worden bepaald. Dat kan eenvoudig met een forfaitaire winstbepaling, waarbij routinefuncties worden aangeslagen over gestandaardiseerde winstmarges (bijvoorbeeld 5% winstopslag op de kosten). Door eerst alle routinefuncties te definiëren en te belasten, is wat overblijft na geconsolideerde winstberekening de overwinst.

Stap 3: Verdeel de winst over de betrokken landen

De overwinst wordt vervolgens uitgesmeerd over alle landen die de routinefuncties huisvesten. Daarbij wordt niet meer uitsluitend rekening gehouden met eventuele fysieke aanwezigheid (kantoor van een bedrijfsonderdeel, dochtermaatschappij) van de multinational in een of meerdere landen. Bijvoorbeeld de multinational is in een aantal Europese landen alleen actief via internet en heeft in deze landen klanten/afnemers die een groot deel van de winst genereren zonder fysieke verkooppunten. Al die landen krijgen dan een evenredig deel van de winst. Dat lost het ‘spaarpot-op-zee’-probleem op. Vervolgens vindt het internationale gesteggel plaats rondom de vraag hóe het ‘bedrag’ van de overwinst wordt verdeeld over de landen.

OESO heeft belangrijke rol

In de Global Enterprise Taxation is een belangrijke rol weggelegd voor de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) als een soort ‘opper-belastingdienst’ en scheidsrechter om overeenstemming met de betrokken landen te krijgen rond internationale belastingmaatregelen voor multinationals*.

Een fundamentele verandering

Dit is een fundamentele verandering. Met Global Enterprise Taxation komt de winst dus niet meer ten goede aan het ‘thuisland’ van de multinational, maar aan alle landen waar de multinational als concern economische activiteiten ontplooit.

Dat is dus goed voor de betrokken landen, want zij krijgen dan belastinggeld dat vroeger buiten hun bereik bleef. Het betekent echter ook dat ze een deel van hun soevereiniteit moeten opgeven. Deze landen moeten er op vertrouwen dat de aangewezen scheidsrechter zijn taak goed vervult. De OESO lijkt de meest voor de handliggende partij voor deze rol.

We zijn dus al behoorlijk op dreef. In internationaal verband gebeuren er met BEPS 2.0 – een plan van de OESO om tot internationale regels voor belastingheffing te komen die gelden voor alle multinationals - nu al dingen die we vijf jaar geleden niet voor mogelijk hielden. Wie zegt dat het lang moet duren? We zijn hard toe aan vernieuwing van het huidige belastingstelsel…

Informatie

Meer weten over wat de gevolgen van bovenstaande ontwikkelingen voor uw business kunnen zijn? Neem gerust contact op met Jaap Bellingwout of uw contactpersoon binnen KPMG Meijburg & Co. Of wenst u liever dat wij geheel vrijblijvend met u contact opnemen? U kunt dan uw contactgegevens naar ons mailen via deze link


*De toekomst van de vennootschapsbelasting: lessen uit 50 jaar Wet Vpb 1969, Deventer, Kluwer 2019, p. 427-442.

© 2024 Meijburg & Co is een Nederlandse maatschap van besloten vennootschappen, staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 53753348
en is aangesloten bij de wereldwijde KPMG organisatie van onafhankelijke entiteiten verbonden aan KPMG International Limited, een Engelse private company limited by guarantee.
Alle rechten voorbehouden.