In de Europese Unie trad op 1 januari 1995 het arbitrageverdrag in werking. Het doel van het arbitrageverdrag is om dubbele belastingheffing te voorkomen. Dit kan namelijk gebeuren als fiscale autoriteiten de winst van gelieerde vennootschappen corrigeren, omdat transacties niet volgens het ‘at arm’s length’-beginsel hebben plaatsgevonden. Dit leidt vaak tot complexe geschillen. De specialisten van Meijburg & Co staan bij zo’n geschil graag bij.
Arbitrageverdrag treedt in werking bij dubbele heffing
Als een fiscale autoriteit de winst van gelieerde vennootschappen corrigeert, dan kan dit een dubbele heffing tot gevolg hebben. In dat geval stelt de ene lidstaat bijvoorbeeld de winst van een onderneming naar boven bij, terwijl de andere lidstaat niet bereid is om een passende neerwaartse correctie (oftewel corresponding adjustment) toe te staan. Het arbitrageverdrag treedt dan in werking.
Dubbele heffingskorting proberen af te dwingen
Bij zo’n situatie mag de onderneming de zaak voorleggen aan de bevoegde autoriteit. Dit moet gebeuren in de lidstaat van vestiging, binnen drie jaar na de eerste aanslag waarvan de dubbele heffing het gevolg is. Bereiken de betrokken lidstaten geen overeenstemming over dubbele heffingskorting binnen twee jaar? Dan wordt er een raadgevende commissie benoemd. Die commissie moet binnen zes maanden een advies uitbrengen. Op een gegeven moment kan dit advies over dubbele heffingskorting een bindende werking krijgen.
Arbitrageverdrag uitgebreid met arbitragerichtlijn
In de praktijk blijkt het arbitrageverdrag tekort te schieten. De procedures duren vaak erg lang. Ook zijn de oplossingen in veel gevallen niet afdwingbaar. Daarnaast biedt het arbitrageverdrag geen remedie voor dubbele heffingen die niet het gevolg zijn van transfer pricing correcties. Als gevolg van de anti-BEPS-maatregelen zullen zich bovendien veel meer gevallen van dubbele heffingen voordoen.
Om deze redenen is op 10 oktober 2017 de arbitragerichtlijn in het leven geroepen. Deze richtlijn maakt bij geschillen verplichte en bindende arbitrage mogelijk. Deze geschillen kunnen gaan over de uitleg en toepassing van belastingverdragen. Het beperkt zich dus niet alleen tot transfer pricing. Een belangrijk onderdeel van de arbitragerichtlijn is de mogelijkheid voor ondernemingen om in bepaalde gevallen arbitrage af te dwingen. Deze richtlijn is van toepassing op elke klacht die u indient vanaf 1 juli 2019. De klacht moet gaan over een geschil dat na 31 december 2017 heeft plaatsgevonden.
Hulp nodig bij toepassing arbitrageverdrag?
Hulp nodig bij de toepassing van het arbitrageverdrag bij dubbele heffingen of EU arbitrage in het algemeen? Advies ontvangen over hoe het beste te werk te gaan bij het gebruik van de arbitragerichtlijn? De professionals van Meijburg & Co helpen hier graag bij. We helpen met klachten en staan bij waar nodig. Neem gerust contact met ons op.