UBO-register voor trusts en fondsen voor gemene rekeningen
De Nederlandse wetgever heeft op 17 april 2020 een wetsvoorstel (het “Wetsvoorstel”) gepubliceerd en ter consultatie aangeboden dat strekt tot de implementatie van de verplichting tot het bijhouden en centraal registreren van informatie over de uiteindelijk belanghebbende (“UBO”) van trusts en soortgelijke juridische constructies waaronder begrepen fondsen voor gemene rekening (het “Trustregister”).
Achtergrond
De verplichting tot het instellen van het Trustregister vloeit voort uit de Europese vierde anti-witwasrichtlijn, zoals gewijzigd door de Europese richtlijn (EU) 2018/843 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering (de “Richtlijn”) en wordt door middel van het Wetsvoorstel geïmplementeerd in de Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden van trusts en soortgelijke juridische constructies. Het Trustregister zal naast het UBO-register voor Nederlandse vennootschappen en andere juridische entiteiten bestaan, waarover wij eerder schreven (klik hier). Het Trustregister zal worden beheerd door de Kamer van Koophandel.
Doel
Het op grond van de Richtlijn door Nederland te houden register is bedoeld om transparanter te maken wie de UBO’s zijn van trusts, fondsen voor gemene rekening en soortgelijke juridische constructies. Dit geldt alleen wanneer de trustee in Nederland gevestigd of woonachtig is, of waarvoor de trustee in Nederland een zakelijke relatie aangaat of onroerend goed verwerft. UBO’s van trusts, fondsen voor gemene rekening en soortgelijke juridische constructies worden op dit moment nog niet als zodanig geregistreerd in Nederland. Achterliggend doel van het Trustregister is het voorkomen van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en terrorismefinanciering.
Trust en met trusts gelijkgestelde rechtsfiguren (fonds voor gemene rekening)
Op grond van het huidige Wetsvoorstel is het Trustregister van toepassing op zowel trusts als met trusts gelijkgestelde rechtsfiguren, zoals Nederlandse fondsen voor gemene rekening.
In het Nederlandse recht kennen we de rechtsfiguur van de trust niet. Voor de toepassing van het Trustregister wordt een trust gedefinieerd als “een rechtsbetrekking die bij rechtshandeling in het leven wordt geroepen door een persoon (de insteller), waarbij goederen onder de macht van een trustee worden gebracht ten behoeve van een begunstigde of voor een bepaald doel.” De beheerder van de trust wordt aangemerkt als de trustee.
Bij soortgelijke juridische constructies gaat het in Nederland om bij overeenkomst of samenstel van overeenkomsten tot stand gebrachte fondsen zonder rechtspersoonlijkheid, niet zijnde ondernemingen als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007, waarin de deelnemers vermogen bijeenbrengen dat voor gezamenlijke rekening wordt belegd of anderszins wordt aangewend ten behoeve van de UBO’s van dat fonds. Bij deze definitie heeft de wetgever bewust gekozen voor een materiële omschrijving zodat de naam van de juridische constructie er niet toe doet maar enkel de materiele kenmerken van de juridische constructie. Onder de definitie vallen volgens de Memorie van Toelichting bij het Wetsvoorstel in ieder geval open en besloten fondsen voor gemene rekening (fiscaal transparant of niet transparant).
UBO
Uit artikel 3, eerste lid, aanhef en onderdeel e, van het Uitvoeringsbesluit Wwft 2018 (“Uitvoeringsbesluit”) volgt dat de volgende categorieën in ieder geval moeten worden aangemerkt als UBO van een trust: i) de oprichter(s) van de trust, ii) de trustee(s) van de trust, iii) de protector(s) van de trust, voor zover van toepassing, iv) de begunstigden van de trust, of voor zover de afzonderlijke personen die de begunstigden zijn van de trust niet kunnen worden bepaald, de groep van personen in wier belang de trust hoofdzakelijk is opgericht of werkzaam is en v) elke andere natuurlijke persoon die door directe of indirecte eigendom of via andere middelen uiteindelijke zeggenschap over de trust uitoefent.
Uit de woorden “in ieder geval” in de aanhef van artikel 3 eerste lid Uitvoeringsbesluit valt op te maken dat ook natuurlijke personen die niet specifiek genoemd worden als UBO, toch kunnen kwalificeren als UBO. In het UBO register voor vennootschappen en andere entiteiten worden over het algemeen alleen de UBO’s met meer dan 25% eigendomsbelang en/of zeggenschap van de entiteit aangemerkt als UBO. Als deze er niet zijn wordt het bestuur van de entiteit als pseudo-UBO opgenomen. Voor het Trustregister is het criterium “meer dan 25% belang” niet van toepassing.
Voor fondsen voor gemene rekening betekent bovenstaande dat oprichters, participanten en beheerders daarvan in ieder geval moeten worden aangemerkt als UBO van het fonds. Ten aanzien van de UBO categorie iv) geldt dat het onder omstandigheden mogelijk is dat de individuele begunstigden niet kunnen worden bepaald. In dat geval kan de groep van personen in wier belang het fonds is opgericht als UBO worden aangemerkt. Daarnaast kan er sprake zijn van een dusdanig omvangrijke groep van begunstigden dat het identificeren van de individuele begunstigden onmogelijk is. In dat geval is het van belang dat de groep van natuurlijke personen nauwkeurig, aan de hand van specifieke kenmerken of naar categorie, wordt omschreven, zodat de individuele begunstigden bij uitbetaling of op het moment waarop de begunstigden hun definitieve rechten uitoefenen, alsnog kunnen worden achterhaald.
Verplichtingen trustee
Uit de reikwijdtebepaling in het Wetsvoorstel volgt dat er verplichtingen worden opgelegd aan i) trustees die in Nederland woonachtig of gevestigd zijn en ii) trustees die buiten de Europese Unie woonachtig of gevestigd zijn en in Nederland namens de trust of soortgelijke juridische constructie een zakelijke relatie aangaan of onroerende goed verwerven. Indien de trusts en de UBO daarvan al zijn ingeschreven in een register dat tot stand is gebracht in een andere EU-lidstaat dan is registratie in het Nederlandse register niet nodig. Ingeval van een fonds voor gemene rekening zal de beheerder van het fonds waarschijnlijk als ‘trustee’ worden aangemerkt.
Een trustee heeft op grond van het Wetsvoorstel vier hoofdverplichtingen:
- de verplichting om toereikende, accurate en actuele informatie over de UBO’s van de trust, fonds voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie in te winnen en bij te houden;
- de verplichting om bepaalde informatie over de trust, fonds voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie en de UBO’s daarvan tijdig te registreren in het Trustregister;
- de verplichting om er zorg voor te dragen dat de informatie die over trust, fonds voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie en de UBO’s daarvan zijn opgenomen in het Trustregister, toereikend, accuraat en actueel blijft; en
- de verplichting om, wanneer de trustee een zakelijke relatie aangaat of een bepaalde incidentele transactie aangaat, aan de meldingsplichtige instelling (zoals haar fiscaal adviseur, of de bank waar ze een rekening opent) te melden dat hij of zij ten behoeve van de trust of soortgelijke juridische constructie optreedt in de hoedanigheid van trustee. Daarbij dient de trustee de informatie over de trust of soortgelijke juridische constructie en de UBO’s daarvan aan de meldingsplichtige instelling te verstrekken.
Te registeren informatie
Evenals bij het UBO-register voor Nederlandse vennootschappen en andere juridische entiteiten, zal een deel van de te registreren informatie in het Trustregister publiek toegankelijk zijn en een ander deel uitsluitend voor bevoegde autoriteiten en de Nederlandse Financiële inlichtingen eenheid (“FIU-Nederland”) toegankelijk zijn.
Voor eenieder raadpleegbare informatie
In het Trustregister wordt de volgende informatie opgenomen voor iedere trust, fonds voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie, welke informatie voor eenieder raadpleegbaar is:
- de naam van en het type trust;
- datum van totstandkoming;
- plaats van totstandkoming;
- wat het doel is waarvoor de trust, fond voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie tot stand is gebracht;
- de naam, de geboortemaand, het geboortejaar, de woonstaat en de nationaliteit van iedere UBO; en
- de aard en omvang van het door iedere UBO gehouden economische belang.
Beperkt raadpleegbare informatie
Verder moet de volgende aanvullende informatie worden geregistreerd in het Trustregister, welke slechts toegankelijk is voor de bevoegde autoriteiten en de FIU-Nederland, betreft:
- het burgerservicenummer van iedere UBO alsook afschriften van documenten op grond waarvan dit is geverifieerd;
- het fiscaal identificatienummer van iedere UBO alsook afschriften van documenten op grond waarvan dit is geverifieerd;
- de geboortedag, de geboorteplaats, het geboorteland en het woonadres van iedere UBO alsook afschriften van documenten op grond waarvan dit is geverifieerd;
- afschriften van documenten waaruit de datum, de plaats en het doel van totstandkoming van de trust, fonds voor gemene rekening of soortgelijke juridische constructie blijken;
- afschriften van documenten op grond waarvan de naam, geboortemaand, geboortejaar, woonstaat en nationaliteit van iedere UBO zijn geverifieerd; en
- afschriften van documenten waaruit de aard en de omvang van het door iedere UBO gehouden economische belang in een trust of soortgelijke juridische constructie blijken.
Afschermen van informatie
In het Wetsvoorstel wordt het voor UBO’s mogelijk om (een deel van) de informatie over hen die voor eenieder toegankelijk is, af te schermen. Slechts de aard en omvang van het door een UBO gehouden economisch belang worden niet afgeschermd omdat deze informatie niet direct herleidbaar is tot een natuurlijke persoon. De gronden voor afscherming zullen, gelet op de identieke voorwaarden die de Richtlijn hieraan stelt, gelijk zijn aan de voorwaarden die voor het register voor UBO’s van vennootschappen en andere juridische entiteiten gelden. Deze gronden zijn gebaseerd op onevenredig risico, een risico op fraude, ontvoering, chantage, afpersing, pesterijen, geweld of intimidatie of in verband met minderjarigheid of handelingsonbekwaamheid.
Inwerkingtreding
De implementatie van het Trustregister had oorspronkelijk op 10 maart 2020 moeten zijn gerealiseerd. De consultatieperiode zal aflopen op 15 mei 2020. Het Wetsvoorstel zal daarna, eventueel gewijzigd naar aanleiding van de consultatie, aan de Tweede Kamer worden aangeboden.
Na inwerkingtreding van de wet hebben trustees op grond van het Wetsvoorstel voor bestaande trusts drie maanden de tijd om de vereiste gegevens te registreren in het Trustregister. Ingeval de registratieverplichting ontstaat ná inwerkingtreding van de wet, dient registratie van de gegevens door de trustee plaats te vinden binnen een week na het feit ten gevolge waarvan de registratieverplichting ontstond.