Goederenrechtelijke kwalificatie drijvend zonnepark

28 november 2022

Onlangs heeft de rechtbank Overijssel een vonnis gewezen naar aanleiding van een geschil tussen een eigenaar van een drijvend zonnepark (eiseres) en de heffingsambtenaar van het gemeenschappelijk belastingkantoor Lococensus-Tricijn (verweerder).

Het ging daarbij over de vraag of het drijvende zonnepark als onroerende zaak moet worden aangemerkt voor de toepassing van de Wet Waardering onroerende zaken (Wet WOZ). In dat geval zou waarde moeten worden toegekend aan het drijvende zonnepark ingevolge art. 17 van de Wet WOZ, als gevolg waarvan een aanslag in de onroerendezaakbelastingen volgt. Eiseres stelt zich op het standpunt dat het drijvende zonnepark geen onroerende zaak is en dat de waarde van het zonnepark, en daarmee ook de aanslag, op nihil moeten worden vastgesteld.

Dit vonnis is evenwel niet alleen relevant voor de toepassing van de Wet WOZ, maar ook (onder andere) voor de financieringspraktijk waarbij bijvoorbeeld zekerheden worden gevestigd op een dergelijk drijvend zonnepark. Indien het drijvende zonnepark een onroerende zaak betreft dan dient een recht van hypotheek te worden gevestigd (hetgeen eveneens geldt voor geregistreerde schepen en vliegtuigen), terwijl een pandrecht dient te worden gevestigd indien het drijvende zonnepark als roerende zaak kwalificeert.

Beoordeling rechtbank

Voor de vraag of een drijvend zonnepark een onroerende zaak is voor de toepassing van de Wet WOZ moet namelijk worden aangesloten bij het civiele recht zoals neergelegd in het Burgerlijk Wetboek (BW).

Uit vaste jurisprudentie blijkt dat een zaak, die blijkens zijn constructie bestemd is om te drijven en drijft, moet worden aangemerkt als een schip in de zin van art. 8:1 BW. Een schip is daarnaast in het algemeen een roerende zaak. De rechtbank stelt vast dat het drijvende zonnepark bestemd is om te drijven en ook drijft en daarmee kwalificeert als een schip. Daarbij wordt voorbijgegaan aan de stelling van verweerder dat ook relevant is of het zonnepark wordt gebruikt als verkeers- of vervoersmiddel danwel in hoeverre de zaak bestemd is langere tijd ter plaatse te blijven.

De rechtbank gaat vervolgens in op de vraag of het schip ook daadwerkelijk een roerende zaak is. Op grond van art. 3:3 BW is een drijvend zonnepark onroerend als het zonnepark duurzaam met de grond is verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken. Volgens de rechtbank is dit niet het geval. Dat het drijvende zonnepark is verbonden met de bodem middels kabels en klapankers, leidt niet tot een ander oordeel. De rechtbank wijst daarbij op de redenering van de Hoge Raad met betrekking tot woonarken, waarbij de betreffende woonark was verbonden met in de bodem verankerde meerpalen middels kabels. Net als die woonark kan het drijvende zonnepark als gevolg van de wijze waarop het is verbonden met de bodem namelijk met de waterstand mee bewegen. In een dergelijk geval kan niet gezegd worden dat er sprake is van een duurzame vereniging met de grond. Ook is er volgens de rechtbank geen duurzame verbinding met de oever. Daarvoor is volgens de rechtbank, in lijn met jurisprudentie van de Hoge Raad, niet genoeg dat het zonnepark middels een elektriciteitskabel met de oever is verbonden.

De rechtbank komt dus tot de conclusie dat het drijvende zonnepark in dit geval een schip is in de zin van art. 8:1 BW, en géén onroerende zaak in de zin van art. 3:3 BW.

Conclusie

De rechtbank komt tot de conclusie dat aan het zonnepark geen waarde hoeft te worden toegekend ingevolge artikel 17 van de Wet WOZ. Dit is uiteraard van belang voor de toepassing van de Wet WOZ. Daarnaast is deze uitspraak zoals gezegd van belang voor bijvoorbeeld de financieringspraktijk, met name voor partijen die eigenaren van drijvende zonneparken financieren en zekerheidsrechten wensen te vestigen op drijvende zonneparken.

Bent u een partij die te maken heeft met drijvende zonneparken of soortgelijke kwesties en heeft u behoefte aan juridisch en/of fiscaal advies, neem dan gerust op met de specialisten van Meijburg Legal en/of Meijburg & Co.

© 2024 Meijburg & Co is een Nederlandse maatschap van besloten vennootschappen, staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 53753348
en is aangesloten bij de wereldwijde KPMG organisatie van onafhankelijke entiteiten verbonden aan KPMG International Limited, een Engelse private company limited by guarantee.
Alle rechten voorbehouden.